Zelfbenoemde voedselwaakhond Foodwatch vecht naar eigen zeggen voor rechten op eerlijk, veilig en gezond eten. Maar hoe eerlijk en transparant is Foodwatch zelf?

“Ik geef mijn kinderen dus nooit meer een rijstwafel. Die zitten vol met gif! Net zoals rijst, de verpakking is kankerverwekkend, wij kopen het niet meer.”

Het was een gesprek op een verjaardag dat mijn aandacht direct trok. Het was een gesprek tussen een aantal bezorgde ouders over voedsel voor hun kinderen. Een stel had op Facebook de berichten van ‘voedselwaakhond Foodwatch’ gelezen en dit stel was op missie om de andere ouders er van te overtuigen dat zij hun kinderen aan het vergiftigen waren. De persberichten van Foodwatch werden tijdens die avond gretig gedeeld via de app. ‘Nepnieuws’ vond de één, de andere rende nog net niet naar huis om de rijstwafels ritueel te verbranden. Er bleven na afloop van de gifdiscussie een hoop vraagtekens bij mij achter. Waarom zijn er nog rijstwafels en rijst te koop als ze vol gif zitten en vooral, wie of wat is Foodwatch?

De aanleiding van deze discussie is een alarmerend bericht dat Foodwatch eind 2017 naar buiten bracht, de gehaltes anorganisch arsenicum in babyvoeding zou boven de wettelijke norm liggen. Foodwatch had het Institute for Global Food Security, Queen’s University Belfast rijstproducten uit de Nederlandse winkels die specifiek zijn gericht op baby’s en peuters laten onderzoeken.

In zes van de 24 producten uit de steekproef zou een hoger gehalte anorganisch arsenicum gevonden zijn dan wettelijk is toegestaan, meldde Foodwatch. De testresultaten werden in hetzelfde bericht afgezwakt door te melden dat het uiteindelijk om drie producten zou gaan waarbij de wettelijk toegestane hoeveelheid anorganisch arsenicum is overschreden. Foodwatch sloot het bericht af met “Uiteraard betreft het hier een momentopname, waaruit niet geconcludeerd kan worden dat de producten van deze merken in het algemeen hoge gehaltes anorganisch arsenicum hebben.” Foodwatch liet in het Parool* optekenen dat het vond dat bedrijven ‘zich duidelijk onvoldoende inspannen om kankerverwekkende stoffen uit babyvoedsel te houden en geven ouders bovendien onverantwoord voedingsadvies dat geen rekening houdt met blootstelling aan arsenicum’.

Dat bedrijven onvoldoende inspanning leveren is kort door de bocht van Foodwatch. Niet alleen de NVWA is belast met de controle op rijstproducten, de Europese Unie heeft een van de hoogste voedselveiligheidsnormen ter wereld – grotendeels dankzij de solide reeks EU-wetgeving die ervoor zorgt dat voedsel veilig is voor de consument. Een sleutelinstrument om ervoor te zorgen dat de informatiestroom naar een snel reagerende reactie wanneer risico’s voor de volksgezondheid in de voedselketen worden vastgesteld, is het Rapid Alert System for Food and Feed (RASFF).

RASFF is het snelle waarschuwingssysteem voor voedsel en diervoeders. RASFF, opgericht in 1979, maakt het mogelijk informatie efficiënt te delen tussen haar leden en biedt een 24-uurs service om ervoor te zorgen dat dringend meldingen worden collectief en efficiënt verzonden, ontvangen en beantwoord. Dankzij het RASFF zijn in de afgelopen jaren veel risico’s voor de voedselveiligheid afgewend voordat ze schadelijk voor de Europese consument zouden kunnen zijn geweest.

Het is zorgelijke dat Foodwatch heeft gekozen voor een generaliserende en alarmerende titel, om zelf het eigen onderzoek af te zwakken in de afsluiter en niet kloppende informatie over controle op rijstproducten naar buiten te brengen.